Het groenste akkoord ooit. Dat kopte Het Parool na de presentatie van het Amsterdamse minderheids-akkoord van GroenLinks en D66. Dat ‘groene’ spreekt mij wel aan, dus daar hoor je mij niet over. Maar ik heb wel een grote vraag over de wonen-paragraaf. Daarin wordt een stedelijke ondergrens van 178.000 sociale huurwoningen genoemd. Waarom staat dat daar?

 

Amsterdam heeft op dit moment 244.000 sociale huurwoningen. Wil men nu tijdens de komende college-periode per jaar 16.500 sociale huurwoningen laten verdwijnen? Maar hoe dan? Via verkoop en sloop? Dat lukt natuurlijk nooit. In 2013 verkochten de corporaties 1920 woningen en zijn er 546 gesloopt. Sloop wordt alleen maar minder, verkoop zal nog wel oplopen maar in het meest extreme scenario verdubbelen. Zo kom je per jaar dus niet van 16.500 sociale huurwoningen af.


Moet het dan door de huur van vrijkomende sociale huurwoningen op te trekken? Bij ca. 1/3 deel van de sociale huurwoningen laat het puntenaantal een huurverhoging toe tot boven de liberalisatiegrens. Als dat nu eens gebeurt bij al deze woningen, dan verdwijnen er jaarlijks 4000 sociale huurwoningen*. Ook daarmee komen we dus niet in de buurt van het aantal van 16.500 sociale huurwoningen dat mag verdwijnen.
Wat er dus in het minderheids-akkoord staat, heeft niets met de werkelijkheid te maken. Dat hoef je dus niet serieus te nemen. Maar wat dan wel? Vermoedelijk verwoordt het minderheids-akkoord de wens om Amsterdam meer te laten lijken op de rest van Nederland wat het aantal sociale huurwoningen betreft. En dat is een signaal om wel serieus te nemen.

 

* Er van uitgaand dat jaarlijks 5% van deze woningen leegkomt.

Deel dit artikel: