‘Coupeur is een sjiek woord voor kleermaker, met nadruk op maker. Een coupeur maakt unieke kledingstukken, bijvoorbeeld voor haute couture, opera en ballet. Onze opleiding is in 2011 ontstaan omdat er in Nederland een groot tekort was aan goede coupeurs. De kostuumafdelingen van de Nationale Opera en Ballet en couturiers als Frans Molenaar hebben toen de handen ineen geslagen. Nu zitten er 30 jonge mensen op de voltijdopleiding. Daarnaast is er een deeltijdopleiding, kunnen mensen uit het vak losse modules volgen en verzorgen we cursussen.’
Ambachtelijk vakmanschap
‘Je leert hier het ambacht van kleding maken. Er is een streng selectieprogramma dus er studeren hier allemaal talenten. Het eerste half jaar oefen je allerlei technieken, zoals knoopsgaten en kragen maken. Dat moet je echt moeiteloos in de vingers hebben. Daarna ga je verder met patroontekenen en hele kledingstukken maken. We hebben twee leermeesters en een pool van vakexperts. De leerlingen doorlopen drie gezelfases. Aan het eind maak je een meesterproef; een replica van een bestaand kostuum. Bij vrijwel alle Amsterdamse couturiers werkt nu wel iemand van onze opleiding. Ook jonge ontwerpers die met innovatieve materialen werken, kiezen voor het vakmanschap van onze coupeurs.’
Lange gangen, ruime ateliers
‘Dit gebouw is heel geschikt voor onze opleiding. De ruimtes zijn lekker hoog en van het goede formaat voor de ateliers. Ze liggen allemaal aan de achterkant van het gebouw waar het heel rustig is. In de grotere ateliers in de voormalige gymzalen werken normaal gesproken twaalf leerlingen. Vanwege de coronamaatregelen is dat nu minder. Daarom hebben we kantoren omgebouwd tot werkruimte. Wie niet lesgeeft, werkt zo veel mogelijk thuis. Kenmerkend voor het schoolgebouw zijn de lange gangen. Nu het wat drukker is, dragen we daar mondkapjes. Veel van onze leerlingen hebben die natuurlijk zelf gemaakt.’
Aansluiting bij de buurt
‘Mijn favoriete plek is de stiltetuin aan de achterkant van de school. De Tuin van Jan is ontworpen door Sanne Horn, die ook de tuinen bij het Rijksmuseum heeft vormgegeven. Elke twee weken ziet die tuin er weer anders uit. Die rust vanuit de tuin is heel goed voor de concentratie van onze leerlingen. Ik geniet ook erg van de symmetrie op het plein, met aan de overkant de Jeruzalemkerk. Daar hebben we symposia georganiseerd. We proberen zo steeds meer aansluiting te vinden bij de buurt.’
Ga terug naar school!
Dat is het thema van de Open Monumentendag in Amsterdam in het weekend van 12 en 13 september. Er zijn verschillende routes langs monumentale gebouwen. De Jan Maijenschool is opgenomen in route C: vakmanschap. Vanwege coronamaatregelen is de school niet van binnen te bekijken. Maar een aantal pronkstukken van de Meesteropleiding Coupeurs staan in de etalage en zijn goed te zien vanuit de Tuin van Jan.
De Jan Maijenschool stamt uit 1928 en is ontworpen door Amsterdamse School-architect J.W. Frantzen. Opvallende kenmerken zijn de golvende gevel van baksteen en de ramen met horizontale roeden. Sinds 2003 is het een Rijksmonument.
Oorspronkelijk waren het vier aparte lagere scholen voor de kinderrijke nieuwbouwbuurt bij het Mercatorplein. Deze werden later samengevoegd tot de Mercatorschool die hier tot 1994 zat. De Key werd toen eigenaar van het pand. Op de bovenverdiepingen wonen sindsdien studenten en sinds 2011 huurt de Meesteropleiding Coupeur ruimtes op de begane grond.